Anticonceptie

Voorbehoedsmiddel

Anticonceptie

Met anticonceptie zorgt u dat u niet zwanger wordt als u seks heeft. Anticonceptie is er in verschillende soorten. Denk aan een condoom, de pil of een spiraaltje. De ene manier is betrouwbaarder dan de andere. Bij alle manieren blijft een kans op zwangerschap bestaan.

Voorbereiding

Anticonceptie kiezen

Anticonceptie zorgt dat een eicel niet bevrucht kan worden. Of dat een bevruchte eicel zich niet kan innestelen. Dat gebeurt bijvoorbeeld met hormonen, zoals de pil. Die zorgen dat eicellen niet rijp worden en u geen eisprong krijgt. En er dus ook geen eicel bevrucht kan worden. U kunt met anticonceptie ook zorgen dat zaadcellen en eicellen elkaar niet kunnen bereiken. Bijvoorbeeld met een condoom.

In sommige middelen voor anticonceptie zit een combinatie van hormonen: oestrogenen en progestagenen. Die noemen we combinatiemiddelen. Deze middelen bootsen een gewone menstruatiecyclus na. Iedere maand is er een stopweek, met een bloeding die op een ongesteldheid lijkt. Sommige middelen geven alleen progesteron af. Daarbij is vaak geen cyclus meer te herkennen.

Elke manier van anticonceptie heeft voor- en nadelen. Sommige middelen kunnen bijwerkingen hebben. Neem dat mee in de keuze die u maakt. Het is verder belangrijk hoe lang u anticonceptie wilt gebruiken. Het is niet te voorspellen of de manier die u kiest voor u ook de beste is. In ongeveer tien procent van de gevallen is de gekozen manier uiteindelijk toch niet de meest ideale.

Trombose en anticonceptie

Heeft u trombose of komt dat in de familie voor? Wees dan voorzichtig met anticonceptie met hormonen. Overleg met uw arts welke anticonceptie voor u een goede keus is. Soms is eerst onderzoek nodig naar erfelijke stoornissen in de bloedstolling.

Betrouwbaarheid

Geen enkele manier van anticonceptie is 100 procent betrouwbaar. Sommige manieren komen wel in de buurt van die 100 procent. Het meest betrouwbaar is de anticonceptie waarbij u zelf niets hoeft te doen: sterilisatie, het hormoonstaafje, een spiraal of de prikpil. Middelen die u zelf moet nemen, kunt u vergeten of verkeerd gebruiken. Denk aan de pil, een ring, een pleister of een condoom. Zelf uitrekenen wanneer de eisprong is, gaat ook makkelijk fout. En alleen met een condoom bent u beschermd tegen seksueel overdraagbare aandoeningen. Lees meer over de manieren van anticonceptie en hun betrouwbaarheid op de website van Stichting Anticonceptie Nederland.

Vergoeding

Voor bijna elke vorm van anticonceptie moet u zelf bijbetalen. Bespreek met uw arts welke anticonceptie uw voorkeur heeft. Overleg met uw verzekering welke vergoedingen mogelijk zijn.

Manieren van anticonceptie

De pil

De pil moet u elke dag innemen. Het liefst op een vast tijdstip. Dat doet u 21 of 22 dagen. Daarna stopt u maximaal zeven dagen. In deze stopperiode krijgt u meestal een bloeding van een paar dagen. Begin met een nieuwe strip op een vaste dag van de week.

U kunt de pil ook doorslikken zonder stopweek. Hoe, ligt aan de samenstelling van de pil die u slikt. Overleg bij twijfel met uw arts. Meestal is de pil voor elke dag hetzelfde. Maar er zijn ook pillen waarbij de strip uit fases bestaat. Die hebben dan een andere samenstelling. Bij die pillen moet u goed op de volgorde letten.

Rookt u en gebruikt u de pil? Dan heeft u meer kans op hart- en vaatziekten. Zeker als u ouder bent dan 35.

Ring

Een ring geeft in de vagina steeds dezelfde hoeveelheid hormonen af. De ring kan drie weken blijven zitten. Daarna is er een stopweek. U kunt de ring makkelijk zelf inbrengen en weghalen. Het is mogelijk met en zonder ring te vrijen. Zorg dan wel dat de ring niet langer dan drie uur uit de vagina is.

Pleister

De huidpleister geeft steeds dezelfde hoeveelheid hormoon af aan het lichaam. De pleister moet u een keer per week vervangen. Na drie weken is er een stopweek. U kunt de pleister overal op de huid plakken, behalve op de borsten.

Minipil

De minipil is een doorslikpil. U slikt iedere dag één pil, zonder stopweek. Het liefst steeds om dezelfde tijd.

Prikpil

De prikpil is een injectie in de spier. Die krijgt u een keer per drie maanden. Een nadeel van de prikpil is dat het soms lang kan duren voordat de gewone cyclus weer terugkomt na het stoppen. Maximaal een jaar. En krijgt u klachten door de prikpil? Dan moet u wachten tot de hormonen vanzelf uit uw lichaam zijn verdwenen. Het voordeel van de prikpil is dat u maar vier keer per jaar aan anticonceptie hoeft te denken.

Hormoonstaafje

Het hormoonstaafje is vier centimeter lang en geeft steeds dezelfde hoeveelheid progesteron af. De arts plaatst het staafje in de bovenarm, net onder de huid. Daarvoor krijgt u op die plek een verdoving. Het hormoonstaafje kan drie jaar blijven zitten.

Spiraal

Koperspiraal

Het koperspiraal zorgt dat de zaadcellen niet meer actief zijn. Zo kunnen ze niet meer binnendringen bij de eicel. Ook verandert het koperspiraal het baarmoederslijmvlies. Zo kan een eicel die toch is bevrucht zich niet innestelen. Maar bevruchting komt bijna nooit voor.
Een nadeel van een koperspiraal is dat de ongesteldheid iets langer kan duren en u daarbij meer bloed verliest. Ook kunt u meer pijn bij de ongesteldheid hebben.

Hormoonspiraal

Het hormoonspiraal wordt net als een koperspiraal in de baarmoeder ingebracht. Het spiraal geeft progesteron af. Dat heeft invloed op het slijm van de baarmoedermond. Zaadcellen kunnen daar zo minder goed door. Ook bouwt u minder slijmvlies van de baarmoeder op. Dat maakt innestelen bijna niet mogelijk.

Het hormoonspiraal kan zorgen voor onregelmatig bloedverlies en soms ook buikpijn. Zeker in de eerste maanden. Na een jaar gebruik van het hormoonspiraal is 80 procent van de vrouwen tevreden. Ongeveer 25 procent is niet meer ongesteld. Ongeveer 50 procent heeft nog wel bloedverlies, maar veel minder.

Voor- en nadelen

Met een spiraal hoeft u in ieder geval vijf jaar niet meer aan anticonceptie te denken. Beide spiralen kunnen vijf jaar of langer blijven zitten. Meestal zijn ze makkelijk weg te halen.

Bij en na het inbrengen van een spiraal is er een kleine kans op een ontsteking van de baarmoeder of de eileiders. Dit kan gevolgen hebben voor uw vruchtbaarheid. Soms nemen we daarom voor het inbrengen een kweek van de baarmoedermond af. Zo nodig schrijft de arts antibiotica voor, voor u en eventueel ook voor uw partner.

Niet vrijen in vruchtbare periode

Een natuurlijke manier van anticonceptie is periodieke onthouding. Dat wil zeggen dat u niet vrijt in uw vruchtbare periode. Het is alleen niet makkelijk de vruchtbare periode te bepalen. De methode die bekend staat als NFP (Natural Family Planning) is de meest betrouwbare. U meet dan uw temperatuur en beoordeelt het slijm van de baarmoedermond en de baarmoedermond. De temperatuur stijgt ongeveer 0,5 tot 1 graad Celsius na de eisprong. De baarmoeder maakt rond de eisprong slijm aan om zaadcellen beter te kunnen vervoeren.

Het is ook mogelijk om de vruchtbare dagen te bepalen met een urinetest. Die is te koop bij de apotheek en drogist. Daarmee is de waarde van het eispronghormoon (LH) te bepalen. Deze test is niet erg betrouwbaar. Van de vrouwen die de test goed toepassen, wordt elk jaar toch nog zes procent zwanger.

Borstvoeding als anticonceptie

Tijdens de borstvoeding wordt u de eerste maanden meestal niet ongesteld. Bij volledige borstvoeding is er in de eerste maanden na een geboorte een natuurlijke bescherming tegen zwangerschap. Volledige borstvoeding betekent dat u de borstvoeding niet afkolft en dat de baby geen andere voeding tussendoor krijgt. Zodra u bloedverlies krijgt, bestaat er weer een kans op een zwangerschap en moet u anticonceptie gebruiken. De betrouwbaarheid van deze methode neemt na een paar maanden altijd af. Na zes maanden is een andere vorm van anticonceptie nodig.

Condoom of pessarium

Met een condoom, ring of siliconenkapje zorgt u dat de zaadcellen en eicellen elkaar niet kunnen bereiken. Ze voorkomen dat de zaadcellen in de baarmoeder komen. Het bekendst is het condoom voor de man. Voor de vrouw zijn er het vrouwencondoom, het pessarium occlusivum (de ring) en het siliconenkapje. Combineer deze middelen met crème of pasta die het zaad doden. Dan wordt deze manier van anticonceptie betrouwbaarder.

Niet vrijen

Door niet te vrijen, wordt u niet zwanger. Geheelonthouding, noemen we dat ook wel. Dat klinkt logisch. Maar in de praktijk blijkt dat er elk jaar toch tien procent kans is op een zwangerschap.

Coïtus interruptus (voor het zingen de kerk uit)

Ook coïtus interruptus of ‘voor het zingen de kerk uit’ is niet erg betrouwbaar. Met andere woorden, dat de man zich voor de zaadlozing terugtrekt. Dit werkt vaak niet goed, omdat ook in het voorvocht vaak al zaadcellen zitten.

Sterilisatie

Een definitieve vorm van anticonceptie is sterilisatie. Bij sterilisatie van de man binden we de zaadstrengen onder plaatselijke verdoving af. Dit heet een vasectomie.

Bij een sterilisatie van de vrouw worden de eileiders afgesloten met een ringetje, een clip of door ze dicht te branden. Ook kan een siliconenplugje of een veertje in de eileider geplaatst worden.

Anticonceptie vergeten of verkeerd gebruikt

Morning-afterpil of spiraal

Bent u de anticonceptie vergeten of heeft u die niet goed gebruikt? En heeft u onbeschermd seks gehad? Dan kunt u de kans op een zwangerschap verkleinen met de morning-afterpil (noodpil). U neemt deze pil zo snel mogelijk nadat u seks heeft gehad. De pil kan tot maximaal vijf dagen daarna nog werken. U kunt in die tijd ook door een arts een spiraal laten plaatsen.
U kunt in een aantal gevallen kiezen voor een morning-afterpil:

  • U bent de pil vergeten. Daarvoor had u een normale stopweek en u heeft in de zeven dagen voor het vergeten van de pil gevreeën. Ook al was dat in de stopweek. Als er geen stopweek is geweest en u de pil gewoon heeft doorgeslikt, is de morning-afterpil niet nodig. Overleg bij twijfel met uw arts.
  • U heeft tijdens de vruchtbare dagen geen anticonceptie gebruikt.
  • Het condoom is afgegleden of gescheurd.

U moet de morning-afterpil zo snel mogelijk innemen. Als u kiest voor een koperen spiraal schrijven we soms een antibioticum voor om een infectie van de eileiders te voorkomen. Het spiraal kunt u daarna eventueel vijf jaar als anticonceptiemiddel gebruiken.

Vijf dagen na onbeschermde seks is de morning-afterpil of een spiraal niet meer mogelijk. Bent u onbedoeld zwanger geworden? Dan zult u moeten nadenken of u de zwangerschap wilt houden of niet. Overleg zo snel mogelijk met uw arts of een abortuskliniek als u de zwangerschap wilt laten afbreken.