Diagnostische hysteroscopie
Voorbereiding
Wanneer een diagnostische hysteroscopie
We doen een diagnostische hysteroscopie bijvoorbeeld:
- als u erg veel bloed verliest tijdens of tussen de ongesteldheid
- bij veel pijn bij de ongesteldheid
- als u een jaar na de laatste ongesteldheid nog steeds bloed verliest
- als u niet meer ongesteld wordt na een curettage
- als u minder vruchtbaar bent
- als u vaker een vroeggeboorte of miskraam heeft gehad
Ook na ander onderzoek van de baarmoederholte kunnen we besluiten een diagnostische hysteroscopie te doen. Voor grotere ingrepen is een therapeutische hysteroscopie nodig.
Moment van het onderzoek
- De hysteroscopie doen we het liefst als u niet ongesteld bent. Dat is soms lastig als we het onderzoek doen omdat u erg veel last van bloedverlies heeft. Dan is dat vaak niet te voorkomen. Dit is meestal geen probleem.
- Gebruikt u de pil? Dan kunnen we het onderzoek doen op alle dagen dat u een pil inneemt.
- Als u de pil niet gebruikt, kunnen we het onderzoek het beste doen in de eerste helft van de cyclus. Dus voor de eisprong. Vooral als u zwanger wilt worden is dit belangrijk. Dan is er nog geen bevruchte eicel die zich gaat innestelen.
Pijnstillers
Als we geen narcose of ruggenprik geven, heeft u vaak pijn die lijkt op de pijn bij een ongesteldheid. Meestal krijgt u daarvoor een recept voor pijnstillers (naproxen). Die gaan krampen van de baarmoeder tegen. Neem de tabletten naproxen voor het onderzoek in:
- de avond voor het onderzoek twee tabletten naproxen.
- ongeveer een uur voor het onderzoek de andere twee tabletten naproxen.
Dag van het onderzoek
- Doen we het onderzoek onder plaatselijke verdoving? Dan mag u meestal gewoon eten en drinken voor het onderzoek. Bij een dagopname en onderzoek onder volledige verdoving (narcose) of een ruggenprik mag dat niet.
- Door het inbrengen van een hysteroscoop in de baarmoeder kan de hartslag even vertragen. Daardoor kunt u het gevoel hebben flauw te vallen. Om dit te voorkomen, geven we soms een paar minuten voor het onderzoek een prik met atropine. Door dit middel kunt u een droge mond krijgen.
Onderzoek
Het onderzoek gebeurt soms zonder verdoving en soms onder plaatselijke verdoving. Ook kunnen we een volledige verdoving (narcose) of een ruggenprik geven. We nemen u dan een dag in het ziekenhuis op. Het onderzoek zelf duurt ongeveer een kwartier. Bij kleine ingrepen kan het wat langer duren. Zo gaat het onderzoek als u een plaatselijke verdoving of geen verdoving krijgt:
- U komt op de onderzoekstoel en legt uw benen in beensteunen.
- De gynaecoloog doet meestal eerst een inwendig onderzoek. Daarvoor gaat hij of zij met twee vingers in de vagina. De gynaecoloog legt daarbij een hand op de buik. Zo is te voelen hoe groot de baarmoeder is en hoe die ligt.
- De arts brengt een spreider of eendenbek in de vagina. Zo is de baarmoedermond te zien. Met een tangetje kan de arts die nu vastpakken.
- Vaak verdooft de gynaecoloog de baarmoederhals met een dun naaldje op een paar plaatsen. U voelt hier bijna niets van.
- Zo nodig rekt de gynaecoloog de binnenkant van de baarmoederhals op. Dit kan een beetje als weeën voelen.
- De gynaecoloog brengt de hysteroscoop (kijkbuis) in de baarmoederholte. De kijkbuis is een dunne holle buis waar een lichtbundel doorheen gaat. Vaak is de hysteroscoop aangesloten op een camera. Het beeld is dan op een scherm te zien.
- De gynaecoloog spuit vloeistof in de baarmoederholte. Zo zijn de voor- en achterwand van de baarmoeder goed te zien. Die liggen altijd een beetje tegen elkaar aan. De baarmoederholte zet door de vloeistof wat uit. Dat kan voelen als pijn bij een ongesteldheid.
Kleine ingrepen
We kunnen met een tangetje langs of door de kijkbuis. Zo kunnen we tijdens de hysteroscopie kleine ingrepen in de baarmoederholte doen:
Poliep of kleine vleesboom weghalen
Is de vleesboom groter of zit die voor een deel in de wand van de baarmoeder? Dan kunnen we die alleen weghalen met een grotere operatie (therapeutische hysteroscopie). Dat gebeurt met een ruggenprik of volledige verdoving.
Dunne verklevingen doorknippen
Spiraal weghalen
Weefsel afnemen
Curettage
Sterilisatie
Na het onderzoek
Naar huis
De meeste vrouwen hebben na het onderzoek weinig klachten. Sommigen hebben wel pijn of voelen zich niet zo lekker. Het is dan verstandig dat iemand u thuisbrengt.
Bloedverlies
Werk
Vrijen
Hechtingen
Controle
De uitslag van het onderzoek wordt meteen met u besproken. Meestal komt u na een paar weken terug op de polikliniek voor controle. Is weefsel weggenomen voor microscopisch onderzoek? Dan hoort u dan ook wat daar de uitslag van is.
Mogelijke problemen
Een diagnostische hysteroscopie zorgt bijna nooit voor problemen. Deze problemen kunnen voorkomen:
Hevig bloedverlies
Ontsteking
Overgevoeligheid
Als u een reactie krijgt, kunt u last hebben van duizeligheid, hartkloppingen en een ziek gevoel. Snelle behandeling is dan nodig. Soms krijgt u pas klachten als u weer thuis bent. Bel dan meteen de gynaecoloog. Gelukkig komt zo’n reactie heel zelden voor.
Gaatje in wand van de baarmoeder
Wanneer bellen
Neem contact met ons op als u last heeft van:
- hevig bloedverlies (meer dan een flinke ongesteldheid)
- veel meer buikpijn
- koorts (38 °C of hoger)
- duizeligheid, hartkloppingen en een ziek gevoel
Deze tekst is tot stand gekomen met dank aan de Nederlandsen Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG).