Echografie bij kinderen
Bij een echografie maken we gebruik van geluidsgolven om organen en lichaamsdelen in beeld te brengen. Dit gebeurt met een transducer, een apparaat dat op een microfoon lijkt. Bij kinderen kunnen we met een echografie de nieren en blaas onderzoeken. Of de onderbuik bij meisjes.
Een echografie is niet schadelijk en doet geen pijn. De gel die we gebruiken kan een beetje koud aanvoelen.
Onderzoek
Echo van de nieren/blaas
- Uw kind ligt op de rug op een onderzoeksbank.
- We doen gel op de huid die de geluidsgolven goed geleiden.
- De laborant onderzoekt met het apparaat verschillende plekken van de buik. Hij of zij vraagt uw kind daarvoor op de rechter- of linkerzij te draaien. Ook kan de laborant uw kind vragen in te ademen en de adem vast te houden.
- Voor echografie van de nieren en de blaas moet de blaas goed gevuld zijn. De blaaswand is dan goed te onderzoeken.
- Aan het eind van het onderzoek moet uw kind even goed uitplassen. We kunnen zo vaststellen of er nog urine achterblijft in de blaas.
Echo van de onderbuik (bij meisjes)
- Uw kind ligt op de rug op een onderzoeksbank.
- We doen wat gel op de huid die de geluidsgolven goed geleiden.
- De laborant onderzoekt met het apparaat de buik.
- Voor echografie van de onderbuik moet de blaas goed gevuld zijn. Door de volle blaas worden de organen die achter de blaas liggen goed in beeld gebracht.
Als de blaas niet genoeg gevuld is, lukt betrouwbaar onderzoek niet. Zorg dat uw kind tot twee uur voor het onderzoek niet plast en goed drinkt.
Het onderzoek duurt ongeveer 20 minuten. Een laborant voert het onderzoek uit. Hij of zij laat de opnamen aan de radioloog zien. Het kan zijn dat de radioloog nog extra opnamen komt maken.
Na het onderzoek
De laborant die het onderzoek doet, mag u geen uitslag geven. Hiervoor maakt u een afspraak op de polikliniek Kindergeneeskunde. Daar krijgt u de uitslag van de kinderarts die uw kind behandelt.