Beroerte
Bij een beroerte gaat er iets mis met de bloedvaten in de hersenen. De medische term voor een beroerte is CVA (cerebro vasculair accident). Een ongeluk in de bloedvaten van de hersenen dus. We gebruiken de naam beroerte voor een herseninfarct en een hersenbloeding. Ook kan er sprake zijn van een TIA. Een beroerte kan grote gevolgen hebben. Voor de persoon die het krijgt, maar ook voor de familie. Vaak blijft er schade en is hulp nodig van anderen.
Herseninfarct
Hersenbloeding
De meest actuele informatie over een beroerte leest u op de website van de Hersenstichting.
Klachten
Het is belangrijk om een beroerte te herkennen en zo snel mogelijk hulp te zoeken. Artsen kunnen dan zo snel mogelijk met een behandeling beginnen. Om een beroerte snel en goed te herkennen is er een ezelsbruggetje: “mond-spraak-arm, beroerte-alarm”. U kunt een beroerte namelijk zo herkennen:
- Vraag iemand om te lachen of de tanden te laten zien. Kijk dan of de mond scheef hangt (mond).
- Laat iemand een paar zinnen zeggen en luister dan of zijn spraak in de war is. Of dat het niet goed verstaanbaar is (spraak).
- Laat iemand beide armen naar voren strekken en de binnenkant van de handen naar boven draaien. Kijk of een arm wegzakt naar beneden (arm).
Ziet u een of meer van deze kenmerken? Handel dan direct en bel 112 of de spoedlijn van de huisarts.
Klachten die het meest voorkomen
- een scheve mond door verlamming (aan een kant) in het gezicht
- warrig spreken en denken
- verlamming in een arm of been
Andere klachten
- plotselinge ongewoon erge hoofdpijn
- tintelingen of geen gevoel in delen van het lichaam
- duizeligheid
- misselijkheid of spugen
- problemen met slikken
- problemen met coördinatie of evenwicht
- dubbel zien, wazig zien of niets meer zien
- niet meer kunnen praten of de woorden niet meer begrijpen
- ongewone smaak in de mond
Een TIA als waarschuwing
Een TIA kan er hetzelfde uitzien als een herseninfarct. Alleen gaan de klachten dan binnen 24 uur weer weg. Als u een TIA heeft, komt er tijdelijk minder bloed via de slagaders in de hersenen. Dit duurt meestal korter dan 30 minuten, maar kan ook wel 24 uur duren. Een TIA is een belangrijke waarschuwing. Dan kan een herseninfarct volgen. Zoek daarom zo snel mogelijk medische hulp, bijvoorbeeld bij de huisarts.
Oorzaken
Bijna driekwart van de mensen die een beroerte krijgt, is ouder dan 65 jaar. Meestal komt een beroerte omdat de binnenwand van de bloedvaten van slechte kwaliteit is. Die binnenwand raakt langzaam beschadigd als iemand ouder wordt. Daardoor wordt die dikker. Dit proces heet slagaderverkalking.
Bij het verkalken van de slagaderen hopen vetachtige stoffen zich op in de vaatwand. Cholesterol bijvoorbeeld. Hierdoor slibt de slagader dicht. Ook raakt de wand beschadigd. Bloedstolsels kunnen zich daaraan vast hechten. Een stukje van dit stolsel kan losraken en een kleinere slagader verderop in de hersenen blokkeren (embolie).
Een zwakke plek kan ook uitgroeien tot een uitstulping: een aneurysma. Aneurysma’s hebben een dunne wand in het bloedvat en daardoor een grotere kans om te scheuren. Dat kan voor een hersenbloeding zorgen.
Ook niet gezond leven zorgt dat de bloedvaten slijten. Roken bijvoorbeeld. Dit kan ook gebeuren als u suikerziekte heeft, een te hoge bloeddruk of een te hoog cholesterolgehalte. In sommige families komen hart- en vaatziekten vaker voor dan in andere families.
Voorkomen
Door gezond te blijven maakt u de kans op een beroerte kleiner:
- Stop met roken, hoe moeilijk het ook is.
- Gebruik geen drugs en drink geen alcohol.
- Eet gezond en verschillende dingen.
- Voorkom dat u te zwaar wordt.
- Zorg voor genoeg beweging.
- Gebruik weinig suiker, voorkom suikerziekte (diabetes).
- Vermijd stress en een te hoge bloeddruk.
- Laat regelmatig uw bloeddruk en cholesterolgehalte controleren.
- Zorg dat u genoeg en goed slaapt.
Onderzoek
Vaak komt u met uw klachten eerst bij de spoedeisende hulp of de huisarts. De (huis)arts onderzoekt of u kenmerken heeft van een beroerte. Bent u in het ziekenhuis, dan wordt er zo snel mogelijk een CT-scan of MRI-scan gemaakt van de hersenen. Daarop zijn de hersenstructuren en bloedvaten te zien. Met die informatie kan de arts direct besluiten welke behandeling u nodig heeft. Ook wordt uw bloed onderzocht en maken we een hartfilmpje.
Bij een TIA of een klein herseninfarct doen we soms een duplexonderzoek. Dit is een geluidsonderzoek van de bloedvaten in de hals en in de nek. Hiermee kan een arts zien of een slagader vernauwd of afgesloten is.
Behandeling
Het is belangrijk zo snel mogelijk in het ziekenhuis terecht te komen. Artsen kunnen proberen de bloeding in de hersenen te stoppen of een verstopping van een bloedvat te repareren.
Bij een herseninfarct
- Bij een herseninfarct kunt u soms binnen een paar uren na de eerste klachten bloedverdunners krijgen. Die lossen het bloedstolsel op. Deze behandeling heet trombolyse.
- Soms kan er tot zes uur na de eerste kenmerken een katheter via een bloedvat in de lies worden gebracht. Daarmee kan een arts de klont proberen weg te halen.
Hoe eerder de behandeling kan starten, hoe groter de kans op een goed herstel is. Na een herseninfarct moet u altijd medicijnen blijven gebruiken.
Bij een hersenbloeding
Werken aan herstel
Na een revalidatie van een half jaar kan bijna de helft van de mensen weer voor zichzelf zorgen. Hierna zal het steeds lastiger zijn om verder te herstellen. Het is daarom belangrijk dat u weer zoveel mogelijk uw eigen dingen oppakt. Soms blijft u last houden van een bepaald probleem. Dan kan de revalidatiearts samen met u op zoek naar mogelijkheden om hiermee om te leren gaan.
Een arts kan u ook naar iemand doorsturen voor extra hulp. Een fysiotherapeut kan bijvoorbeeld helpen om (beter) te bewegen. En een ergotherapeut om dagelijkse dingen langer zelf te kunnen doen. Bij problemen met praten en slikken kan een logopedist helpen.
Leven na een beroerte
Veel mensen met een beroerte kunnen niet meer helemaal voor zichzelf zorgen. Zelf aan- en uitkleden kan bijvoorbeeld lastig zijn. Of onthouden medicijnen in te nemen. Hierdoor komt veel zorg bij mensen in de omgeving te liggen.
Ook later kunnen klachten ontstaan. Bijvoorbeeld als thuis of op het werk weer dingen worden verwacht. Klachten als vermoeidheid, moeite met plannen, overprikkeling of geheugenproblemen zijn voor anderen niet te zien. Maar ze kunnen het dagelijks leven flink remmen. Vraag dan hulp om met hersenschade te leren omgaan: neuropsychologische (cognitieve) revalidatie.
Na een beroerte is iemand niet meer wie hij of zij was. Lichamelijk of geestelijk. Dat kan invloed hebben op relaties en zorgen voor spanningen. Ook voor de partner of familie. Het kan dan fijn zijn om met mensen te praten die hetzelfde hebben meegemaakt. Meld u daarvoor aan bij een patiëntenvereniging voor lotgenotencontact.
Meer informatie, adviezen en tips
Uitgebreidere informatie over een beroerte leest op de website van de Hersenstichting. Daar vindt u ook adviezen voor mensen die een beroerte hebben gehad. En tips voor wie te maken heeft met iemand die een beroerte heeft gehad. Thuis of op het werk.
Deze informatie kwam tot stand met dank aan de Hersenstichting.