Ambulanceverpleegkundige

Daniël de Ronde

20 april 2020

Daniël de Ronde, ambulanceverpleegkundige die nu tijdelijk op de IC werkt.

Ambulanceverpleegkundige Daniël de Ronde. ,,Ik had er ook voor kunnen kiezen om niet terug te gaan, maar de nood is er’’

Het coronavirus houdt menigeen thuis, maar deze Gooise helden zijn voor ons aan het werk. In deze serie van de Gooi en Eemlander wordt dagelijks iemand in het zonnetje gezet die het Gooi draaiende houdt. Vandaag Daniël de Ronde (29) uit Huizen, ambulanceverpleegkundige en opgeroepen als verpleegkundige op de IC.

 

,,Ik spring nu tijdelijk bij op de intensive care bij Tergooi, m’n oude job. Sinds 2016 werk ik bij de ambulancedienst, nu ruim drieënhalf jaar. Daarvoor heb ik al m’n opleidingen bij Tergooi genoten. Van basisverpleegkundige tot IC-verpleegkundige. De laatste periode heb ik het gecombineerd met de spoedeisende hulp.

Door de uitbraak van het coronavirus ben ik ook nodig op de IC in Tergooi. Onze ambulancedienst werkt nauw samen met het Flevoziekenhuis en Tergooi. Beiden hebben deze periode meer bedden gerealiseerd, de ambulancedienst heeft onze hulp aangeboden en ik heb aangegeven dat ik wil helpen. Bij Tergooi ken ik de meesten al.

Als de nood er is, vind ik het niet erg om een dienst op de IC te doen. ‘Normaal’ verzorgt een verpleegkundige twee personen op een IC. Dat zijn er nu drie, omdat het anders niet te bolwerken valt. Ook veel personeel van de operatiekamers helpt. Een deel van hun afdeling is nu beschikbaar voor coronapatiënten.

Vorige week vrijdag heb ik m’n eerste dienst sinds vier jaar op de IC in Tergooi gedraaid. Aan de ene kant had ik er heel veel zin in, omdat ik wist dat ik weer met oud-collega’s ging werken. Het was ook een uitdaging om drie in plaats van twee patiënten te verzorgen. Ik vind het werk leuk, daarom ben ik het gaan doen. Het klinkt dubbel, voor de patiënten is het helemaal niet leuk.

Ik voelde ook een beetje spanning. Alsof het m’n eerste werkdag was. Wat zou ik gaan aantreffen? Je kent de beelden van televisie, je weet dat er steeds wat meer bekend wordt over het virus. Collega’s hebben pakken aan met naamstickers erop, ik moest ze aan hun stem herkennen. Dingen die niet leuk zijn moet je maar zien als een uitdaging. Ik had er ook voor kunnen kiezen om niet terug te gaan, maar de nood is er.

Eigenlijk trof ik hetgeen aan dat we over de hele wereld zien. Heel zieke patiënten. Patiënten waarbij het nodig is om ze op de buik de laten liggen in verband met de beademing, zodat het lichaam beter zuurstof kan opnemen vanuit de longen. Het is een stuk intensiever om deze patiënten zorg te bieden. Denk bijvoorbeeld aan het draaien. Als we het over zorghelden hebben, dan durf ik mijn collega’s op de IC daar wel voor aan te merken.

Het is hartstikke leuk en mooi dat mensen ons werk waarderen. Zelf hou ik niet zo van het woord helden. Ik wil mensen helpen, in welke vorm dan ook. Dit is mijn werk. Ik besef dat het geen standaardbaan is en het is fijn dat mensen zo lief zijn. Bloemen, duimpje omhoog. Een beetje ongemakkelijk en tegelijk heel mooi.

Ik wil graag wat meegeven. Gelukkig zien we dat het rustiger is op straat. Het mooie weer komt eraan, maar blijf alsjeblieft thuis als dat kan. Wees blij dat we nog enige vrijheden hebben. Houd afstand en gebruik je gezonde verstand.

Alles draait nu zo’n beetje om het coronavirus. Alle reguliere zaken in ziekenhuizen zijn uitgesteld. Vanwege het coronavirus is familie in geen enkel ziekenhuis op de IC welkom. Als ik voor de ambulancedienst werk, rukken we iemand weg uit de thuissituatie. Wij weten soms dat diegene niet meer thuis komt. Zij belanden helemaal alleen in een ziekenhuis. Vreselijk wrang. Dat zijn dingen die me raken.

Ja, we staan in de frontlinie en we krijgen veel met coronapatiënten te maken. We worden meer blootgesteld aan het virus, dat is een risico. Maar als ik m’n pak draag, ben ik in principe beschermd. Hou ik me aan de uitkleedprocedures, dan ben ik in principe ook beschermd. De kans om het in de supermarkt op te lopen, voelt voor mij groter. Domme pech.

,,Als we ergens binnenkomen en volledig in pak zijn, dan ziet dat er best imposant uit.’’

Bij elke oproep met de ambulancedienst is het een afweging of we ons helemaal in dat pak moeten hijsen. Als we ergens binnenkomen en volledig in pak zijn, dan ziet dat er best imposant uit. Alleen mijn stem is te horen en mijn ogen zijn te zien. Mensen vinden het beangstigend. Het patiëntencontact is anders. We stellen dezelfde vragen, maar we geven geen handen. Even bij de schouder pakken bij verdriet wordt nu vermeden. Dat geeft een afstandelijk gevoel.

In het ziekenhuis weten we of iemand het coronavirus heeft. Op de ambulance weten we het niet. De meldkamer probeert vooraf zoveel mogelijk te weten te komen. Mogelijk zijn we niet beschermd. Dat vergt improvisatievermogen, maar dat zijn we wel gewend.

Ik werk nu in de acute zorg sinds 2011. In de afgelopen negen jaar heb ik één keer gehad dat ik een nacht slecht heb geslapen. Gelukkig heb ik er niet zo gauw last van. Ik probeer me op dit moment niet te veel druk te maken. Het virus is er nu eenmaal. Gelukkig knapt een deel op. Dat biedt hoop.


Dit artikel verscheen op 18 april 2020 in de Gooi en Eemlander en is geschreven door Sebas Bouquet.
Foto: © Studio Kastermans/Danielle van Coevorden

Deel dit bericht:

E-mail nieuwsbrief