Onderzoek naar veilig verminderen antibioticagebruik bij pasgeborenen

18 december 2023

Arts-onderzoeker Bo van der Weijden

Onderzoek naar veilig verminderen antibioticagebruik bij pasgeborenen

Binnen haar promotietraject doet arts-onderzoeker Bo van der Weijden (1992) onderzoek naar het veilig verminderen van de antibioticablootstelling bij pasgeborenen. ‘Wij hopen aan te tonen dat de EOS calculator op het gebied van veiligheid niet onderdoet voor de huidige NVK-richtlijn’

 

Een infectie van een baby is moeilijk te onderscheiden van normale verschijnselen direct na de geboorte. Veel artsen nemen dan het zekere voor het onzekere en dienen antibiotica toe. Maar antibioticagebruik op vroege leeftijd kan op lange termijn gevolgen hebben voor kinderen.

Wat houdt je onderzoek in en wat bracht je op het idee om dit te onderzoeken?

‘Het grootste onderzoek binnen mijn promotietraject is een zorgevaluatie naar het veilig verminderen van de antibioticablootstelling bij pasgeborenen met het risico op early-onset sepsis (EOS), een infectie die optreedt bij de allerkleinsten binnen 72 uur postpartum. Het ziektebeeld is moeilijk te onderscheiden van andere ziektebeelden en kent een hoge morbiditeit en mortaliteit. Hierdoor wordt vaak laagdrempelig gestart met antibiotica. De nationale richtlijn ‘Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties’ (2017) van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) is bedoeld om artsen te helpen bij de beleidskeuze en daarmee antibioticagebruik terug te dringen. Uit eerder prospectief multicenteronderzoek dat wij hebben gedaan, blijkt dat deze dichotome richtlijn niet aan de verwachtingen voldoet: artsen wijken vaak af van de NVK-richtlijn en het strikt volgen van de richtlijn zou zelfs leiden tot een hoger antibioticapercentage!’

‘Een andere methode om te bepalen of een pasgeborene moet worden behandeld met antibiotica of dat (eerst) kan worden afgewacht, is de in Amerika ontwikkelde EOS calculator. Dit algoritme maakt gebruik van maternale risicofactoren en de aanwezigheid van specifieke neonatale symptomen om een individueel risico op EOS te berekenen en een beleidsadvies te geven. Middels post-hoc analyses hebben wij in aansluiting op de eerdere multicenterstudie beide methodes met elkaar vergeleken. Wij vonden dat de EOS calculator significant minder antibiotica adviseerde dan de NVK-richtlijn (11% vs. 41%). Tergooi MC heeft het gebruik van de EOS calculator al met succes geïmplementeerd in de dagelijkse praktijk. Hierdoor is het antibioticagebruik onder pasgeborenen binnen Tergooi MC drastisch afgenomen.’

‘De NVK heeft de EOS calculator nog niet opgenomen in de nationale richtlijn, omdat er nog geen data bekend is over de veiligheid van het gebruik van de calculator in de Nederlandse populatie. Dat bracht ons op het idee om een zorgevaluatie uit te voeren: een prospectieve vergelijking tussen de NVK-richtlijn en de EOS calculator om aan te tonen dat de EOS calculator in veiligheid niet onderdoet voor de NVK-richtlijn. Zou het niet mooi zijn om alleen die pasgeborenen te behandelen, die het hoogste risico op EOS hebben?’

Hoe voer je jouw onderzoek precies uit?

‘De zorgevaluatie vindt plaats in tien ziekenhuizen in Nederland. Vijf ziekenhuizen zijn gerandomiseerd voor het gebruik van de NVK-richtlijn en vijf voor de EOS calculator. Beide richtlijnen zijn vanaf het moment van randomiseren de standaard richtlijn voor pasgeborene met het risico op EOS in de betreffende centra, ongeacht deelname aan het onderzoek. Ook het gebruik van de EOS calculator wordt in deze vijf centra dus gezien als ‘standaard zorg’, zoals dat al het geval is in Tergooi MC. (Tergooi MC initieert overigens dit onderzoek en is geen deelnemend centrum; wij includeren dan ook geen proefpersonen. Tergooi MC had anders mee moeten doen met de randomisatie en 50% kans gehad om gerandomiseerd te worden voor het gebruik van de NVK-richtlijn; en geen van de kinderartsen wil terug naar de ‘oude’ richtlijn.)’

‘Om onderzoek te kunnen doen naar het gebruik van de EOS calculator hebben wij het algoritme geïntegreerd in een smartphone applicatie, welke door kinderartsen en arts-assistenten kindergeneeskunde in de vijf gerandomiseerde centra wordt gebruikt. Om de NVK-richtlijn en de EOS calculator goed met elkaar te kunnen vergelijken, wordt veel data verzameld: zowel van kind als van moeder, inclusief het gebruik van de richtlijnen en het gevolgde beleid. In elk centrum hebben wij een klein onderzoeksteam, bestaande uit een lokale hoofdonderzoeker en één of meerdere research medewerkers. Zij zorgen voor het draaiende houden van de studie aldaar en het up-to-date houden van de database. Gezien de onderzoekspopulatie kwetsbaar is, hebben wij een data safety monitoring board (DSMB) aangesteld; een onafhankelijke groep experts, die middels interim analyses beoordeelt of de studie veilig voortgezet kan worden.’

Wat hoop je te ontdekken en wat hebben patiënten aan de uitkomsten van dit onderzoek?

‘Wij hopen aan te tonen dat de EOS calculator op het gebied van veiligheid niet onderdoet voor de huidige NVK-richtlijn. Wij hopen hiermee bij te dragen aan een nieuwe evidence based richtlijn van de NVK, zodat minder pasgeborenen moeten worden opgenomen voor het krijgen van antibiotica. Zo worden ouder en kind niet gescheiden, zijn er geen pijnlijke invasieve procedures nodig (bloedafnames, prikken van infusen) en zijn er minder onnodige ziekenhuisopnames met geassocieerde kosten. Ook worden consequenties van vroegtijdige antibioticatoediening, zoals nadelige effecten op het microbioom en immuunsysteem, voorkomen. Op populatieniveau wordt hiermee ook resistentie voor antibiotica tegengegaan.’

Hoe ziet jouw medische carrière er straks verder uit?

‘Droom: in de toekomst zie ik mijzelf als neonatoloog of kinderintensivist aan de slag gaan, waarbij ik het doen van medisch wetenschappelijk onderzoek zeker onderdeel wil laten blijven van mijn bezigheden.’

Wat maakt onderzoek doen bij Tergooi interessant?

‘Vanaf mijn wetenschappelijke stage (2019) ben ik verbonden aan Tergooi MC. Het enthousiasme waarmee het doen van wetenschappelijk onderzoek wordt omarmd, de ruimte die wordt gecreëerd om jezelf persoonlijk en wetenschappelijk te ontwikkelen en de algemene (kindergeneeskundige) onderzoekspopulatie maken onderzoek doen bij Tergooi MC interessant. Het enthousiasme voor wetenschappelijk onderzoek wordt mede gedragen en verspreid door Frans Plötz, kinderarts en hoogleraar Zorgevaluaties algemene kindergeneeskunde, eerst mijn wetenschappelijke stagebegeleider en inmiddels mijn promotor. Ik prijs mijzelf gelukkig om onder zijn vleugels te mogen vliegen.’

Wat valt je op in Tergooi?

‘De sfeer in Tergooi MC is aangenaam: ook bij drukte of vies weer blijven de meesten lachen en elkaar vriendelijk begroeten, -zelfs als je elkaar nog nooit eerder gezien hebt.’

Vertel eens iets verrassends over jezelf.

‘Ken je Rupsje Nooitgenoeg? Dat ben ik! Ik sta weleens midden in de nacht op om nóg een maaltijd te koken (en op te eten).’

Deel dit bericht:

E-mail nieuwsbrief