Bijschildklierscintigrafie
Een bijschildklierscintigrafie is een onderzoek waarmee we de bijschildklier kunnen opsporen. Voor dit onderzoek gebruiken we een klein beetje radioactieve stof. Daarna maken we een scan met een gammacamera.
Het kan zijn dat uw arts kiest voor een iets andere methode. Dan kan het onderzoek wat anders gaan dan hoe het hier staat.
Voorbereiding
- Heeft uw arts u ook gevraagd om bijvoorbeeld een bloed- of urineonderzoek te doen? Laat dit dan doen voor u dit onderzoek heeft. Of anders een dag na dit onderzoek.
- U mag voor het onderzoek gewoon eten en drinken.
- Laat sieraden zoveel mogelijk thuis.
Medicijnen
U moet voor u de scan krijgt stoppen met sommige medicijnen:
- Stop 3 dagen voor het onderzoek met thyreostatica
- Stop 2 weken voor het onderzoek met calcimetica
- Stop 1 week voor het onderzoek met vitamine D
Ook mag u in de zes weken voor het onderzoek geen CT-onderzoek met iv-contrast hebben gehad. U kunt andere medicijnen gewoon innemen zoals u dat gewend bent.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u (misschien) zwanger? Neem dan contact op met uw arts. Misschien kunnen we voor een ander onderzoek kiezen. Als u probeert zwanger te worden, weet u alleen de eerste tien dagen na de ongesteldheid zeker dat u het niet bent.
Geeft u borstvoeding? Dat kan de eerste twee dagen na het onderzoek niet. Een oplossing is om voor het onderzoek te kolven. U kunt de moedermelk ook de eerste dag na het onderzoek afkolven. Die kunt u dan 48 uur later geven.
Onderzoek
Het onderzoek duurt in totaal vier uur. Voor het onderzoek moet u twee keer komen. Daartussen zit drie uur wachttijd.
Eerste deel
U krijgt van de laborant een capsule. Die slikt u met water door. In deze capsule zit I123. Dit is een radioactieve stof die alleen de schildklier opneemt.
Wachttijd
Als u de capsule heeft gehad, kunt u drie uur doen wat u wilt. U hoeft dan niet in het ziekenhuis te blijven. Op de afgesproken tijd komt weer terug.
Tweede deel
- De laborant brengt een infuusnaald bij u in. Via dit infuus spuit de laborant de radioactieve stof technetium in. De schildklier en bijschildklier nemen die stof op.
- We halen het infuus gelijk weer uit uw arm.
- Na een kwartier wachten komt u op de scantafel. Met de gammacamera maken we de scan. Dit duurt 40 minuten.
Na het onderzoek
Naar huis
Na het onderzoek kunt u weer naar huis. Met de radioactieve stof technetium kunt u gewoon autorijden. U mag ook alles eten en drinken.
De uitslag
De nucleair geneeskundige beoordeelt de beelden van het onderzoek. Het verslag gaat naar de arts die het onderzoek voor u heeft aangevraagd. Die arts bespreekt de uitslag met u.
De radioactieve stof
U krijgt maar een heel klein beetje radioactieve stof bij dit onderzoek. De hoeveelheid straling kunt u vergelijken met het maken van een gewone röntgenfoto. U heeft daar dus verder geen last van. De ingespoten radioactieve stof gaat vanzelf uit uw lichaam. Ook vormt u geen stralingsgevaar voor uw omgeving.
Mogelijke problemen
- Heel soms kan iemand een allergische reactie krijgen. Als dat al gebeurt, is dat een hele lichte reactie.
- Op de plek waar u geprikt bent, kan een bloeduitstorting komen. Die kans is klein. De bloeduitstorting gaat na een paar dagen vanzelf weer weg.