Borstreconstructie met weefsel van de buikwand

DIEP-lap

Borstreconstructie met weefsel van de buikwand

We kunnen een borst op verschillende manieren herstellen. Uw plastisch chirurg bespreekt met u welke manier voor u het beste is. Een van de manieren is om huid- en vetweefsel van de buikwand te gebruiken. We noemen we deze manier ook wel een DIEP-reconstructie.

 

Bij een DIEP-reconstructie bestaat de borstreconstructie helemaal uit eigen weefsel. We maken geen gebruik van een prothese. Daardoor voelt de nieuwe borst natuurlijker en warmer aan. DIEP staat voor Deep Inferior Epigastric Perforator. Het is genoemd naar de bloedvaten die de DIEP-lap van bloed voorzien.

 

 

Wanneer een DIEP-reconstructie

Een borstreconstructie is bij bijna iedere vrouw mogelijk. Ook als de kwaliteit van de huid slecht is, bijvoorbeeld door bestraling. Een DIEP-reconstructie is mogelijk:

  • bij vrouwen die in het verleden een borstamputatie zonder reconstructie hebben gehad
  • bij vrouwen bij wie een eerdere reconstructie met een prothese verloren is gegaan
  • bij vrouwen die niet tevreden zijn over hun reconstructie met een prothese
  • voor vrouwen die in het verleden zijn bestraald

Voor- en nadelen

Voordelen

  • We maken de borst helemaal na van eigen weefsel. Daardoor voelt de borst natuurlijker aan (soepel, warm) en ‘gedraagt’ die zich meer als een eigen borst.
  • Soms kan het gevoel in de huid een beetje terugkeren.
  • Geen materiaal dat uw lichaam niet herkent, dus geen kapselvorming.
  • U bent te veel aan buikweefsel (voor een deel) kwijt.

Nadelen

  • Het is een grote en lange operatie.
  • U krijgt een groot litteken op de buik (meestal onder de rand van de onderbroek).
  • Klein risico dat de operatie niet lukt als het weefsel na het koppelen van de bloedvaten niet genoeg doorbloedt raakt (bij drie tot vier procent).
  • We kunnen de ingreep niet tegelijk met de borstamputatie doen.

Voorbereiding

Voorwaarden

Stoppen met roken

Rookt u? Dan moet u daar minimaal zes weken voor de operatie mee stoppen. Anders kunnen we de operatie niet bij u doen. Nicotine maakt de bloedvaten nauwer. Daardoor is de kans op problemen bij genezing van de wond groter. Ook heeft u meer kans op een longontsteking na de narcose.

Genoeg huid en vet bij uw buik

Een DIEP-reconstructie kan alleen als u bij de onderbuik voldoende huid en vet over heeft. Het is niet altijd mogelijk om de borst met de DIEP-reconstructie even groot te maken als de andere borst. Eventueel kunnen we de andere borst later aanpassen.

Goede bloedvaten

De bloedvaten van de buikwand die nodig zijn, moeten goed genoeg zijn. Als u een litteken van een operatie in de onderbuik heeft, kunnen deze vaten beschadigd zijn.

Voor de operatie maken we daarom een CT-scan om de bloedvaten in de buikwand te bekijken. Dat gebeurt met een contrastvloeistof. Laat het de plastisch chirurg weten als u hier allergisch voor bent, diabeet bent of als uw nieren niet goed werken.

Uw nieren zorgen dat de contrastvloeistof weer uit uw lichaam gaat. Daarom testen we voor de CT-scan eerst of uw nieren goed werken. Dat doen we met een bloedonderzoek.

Verwachtingen

Een gereconstrueerde borst is nooit hetzelfde als uw eigen borst. Dat is goed om vooraf te beseffen. De borst is anders qua vorm en voelt ook anders aan. Vaak zijn er ook littekens te zien. Toch zijn vrouwen over het algemeen tevreden met de reconstructie. Negentig procent zou opnieuw voor een borstreconstructie kiezen.

Vergoeding

De meeste zorgverzekeraars vergoeden de kosten van een DIEP-reconstructie.

Behandeling

Een DIEP-reconstructie is een grote operatie die ongeveer zeven uur duurt. Een operatie aan beide borsten duurt zo’n tien tot twaalf uur. Dit zijn gemiddelde tijden. Per situatie kan dit flink verschillen. De operatie bestaat uit een aantal onderdelen:

Borst voorbereiden

Meestal doen we borstreconstructie met een DIEP-lap via het oude operatielitteken. Heeft u eerder een borstamputatie gehad waarbij u een prothese heeft gekregen? Dan halen we die prothese weg. Als deze prothese onder de grote borstspier is geplaatst, hechten we deze spier weer terug op de borstkas.

We halen een stukje ribkraakbeen weg bij de derde of vierde rib. Zo kunnen we bij de bloedbaten komen waarop de DIEP-lap wordt aangesloten. De DIEP-lap komt daar straks overheen te liggen. Daardoor merkt u hier niets van.

DIEP-lap voorbereiden

We halen een lap van huid- en vetweefsel in de vorm van een ellips weg van uw onderbuik. Tussen uw navel en schaambeen, over de hele breedte van uw buik. Bij een reconstructie van één borst gebruiken we maar een deel hiervan. Toch is het nodig om het weefsel over de hele breedte weg te halen. We kunnen de buikwand aan het einde van de ingreep dan overal gelijk sluiten. Als we beide borsten behandelen, gebruiken we al het weefsel.

Voordat we de DIEP-lap uitnemen, controleert uw plastisch chirurg of de doorbloeding van de lap goed is. Als dat zo is, koppelen we de bloedvaten van de DIEP-lap af. We nemen die er met de DIEP-lap mee uit.

DIEP-lap aansluiten

We sluiten de bloedvaten van de DIEP-lap aan op de bloedbaten van de borstkas. Dat gebeurt onder de microscoop. Als de aansluitingen klaar zijn, controleren we of de bloedvoorziening goed op gang komt. De aanvoer en de afvoer van bloed moet goed werken. Als dat zo is, hechten we de DIEP-lap vast en maken we de buikwand dicht.

Hechten borst en buikwand

Heeft u eerder een borstamputatie gehad zonder reconstructie? Dan zal het grootste deel van de huid van de DIEP-lap zichtbaar ingehecht worden op de borstkas.

Heeft u een borstamputatie met reconstructie gehad waarbij uw eigen huid is gespaard? En is de huid nog van goede kwaliteit? Dan plaatsen we de DIEP-lap zoveel mogelijk onder die huid. Het is wel belangrijk om de doorbloeding van de DIEP-lap na de operatie te blijven controleren. Daarom zorgen we dat een deel van de huid van de DIEP-lap tijdelijk te zien is in het litteken. Dit noemen we een monitorlapje. Als de reconstructie helemaal genezen is, halen we het monitorlapje weg. Dat kan ook op de polikliniek.

Buikwand

Voor de operatie is een deel van de buikwand weggehaald. De rest van de buikwand trekken we naar beneden om de wond te kunnen sluiten. Hierin maken we een nieuwe opening voor de navel. Patiënten hebben na een DIEP-reconstructie vaak het meest last van de buikwond. Hier staat vaak spanning op.

Na de behandeling

  • Geef na de operatie aan of u pijn heeft of misselijk bent. We kunnen u dan medicijnen geven om deze klachten te verminderen.
  • Meestal blijft u vijf dagen (vier nachten) in het ziekenhuis. De eerste dagen na een borstreconstructie met een DIEP-lap kunnen zwaar zijn. Vooral door het lange liggen tijdens de operatie, de controles op de afdeling en de spanning of de operatie is gelukt.
  • Als u weer naar huis mag, hoort u wanneer u voor controle terug moet komen bij uw plastisch chirurg.
  • Voor de operatie is een slangetje via de plasbuis in de blaas gebracht: een blaaskatheter. Die halen we weg als u weer zelf naar de wc kunt.

Controle van de doorbloeding

Het belangrijkste na de DIEP-reconstructie is dat de doorbloeding van de DIEP-lap goed blijft. Als daar een probleem mee is, moeten we zo snel mogelijk ingrijpen. Daarom controleren we de DIEP-lap de eerste 24 uur na de operatie ieder uur. Ook ’s nachts. Als de doorbloeding goed blijft, komt er de dagen daarna steeds meer tijd tussen de controles.

Bij problemen met de bloedvoorziening moet u soms met spoed terug naar de operatiekamer. We proberen dan de DIEP-lap te redden. Soms is de bloedvoorziening niet sterk genoeg om de hele lap van bloed te voorzien. We hoeven dan alleen stukje weefsel weg te halen dat slecht doorbloed is. Bij drie tot vier procent van de DIEP-reconstructies lukt een goede doorbloeding uiteindelijk niet. Dan moet de hele DIEP-lap weggehaald worden.

Vocht uit de wond

Drains

Bij de operatie plaatsen we een drain bij de buikwond en bij uw borst. Een drain is een dun slangetje. Daardoor kan wondvocht en bloed uit de wond lopen. Uw plastisch chirurg bepaalt wanneer de drains er weer uit mogen. Meestal is dit als er minder dan twintig milliliter per vierentwintig uur uit de drain komt. De meeste patiënten gaan daarom met de drains naar huis. We leggen u uit hoe u kunt zien hoeveel vocht er uit de drain komt. De drains blijven maximaal twee weken zitten. Heeft u problemen met de drains? Neem dan contact op met de afdeling Plastische Chirurgie.

Vocht wegzuigen (seroompunctie)

Als de drains zijn weggehaald, maakt de wond soms nog veel vocht aan. Meestal gebeurt dat bij de wond aan de buik. Dat vocht kan zich ophopen achter het litteken. We kunnen dit met een naald wegzuigen. Dat noemen we een seroompunctie. De plastisch chirurg doet deze punctie op de polikliniek. In de dagen of weken na de operatie moeten we dit soms meerdere keren doen. In het geopereerde gebied heeft u vaak nog geen gevoel. Daarom voelt u bijna niets van een seroompunctie.

Weer thuis

Doe het de eerste week thuis rustig aan. U kunt zich wel zelf verzorgen, maar heeft hulp nodig bij het huishouden en de boodschappen. Als het nodig is, kan thuiszorg worden ingeschakeld. Geef uzelf de mogelijkheid om bij te komen na de operatie. Blijf niet te veel in bed liggen. Meestal kunt u ongeveer vier weken niet werken.

Wat wel en niet doen

  • Douchen mag vanaf de dag na de operatie. Douche niet te lang en niet te warm. De operatiewonden mag u niet met zeep wassen.
  • Zwemmen/baden/sauna mag pas als u op controle bent geweest en de wonden helemaal genezen zijn.
  • De eerste zes weken na de operatie raden wij u aan niet te sporten of zwaar (huishoudelijk) werk te doen. De buikspieren moet u zes weken zoveel mogelijk ontzien. Bouw alle activiteiten langzaam weer op.
  • Autorijden/fietsen mag op zijn vroegst twee weken na de operatie, als u weer helemaal goed kunt sturen.
  • Draag geen bh tot de eerste controle bij de plastisch chirurg op de polikliniek.

Aanpassingen en tepelreconstructie

Bent u na de operatie nog niet helemaal tevreden over hoe uw borst er uit is komen te zien? Of over het litteken op uw buik? Vaak kunnen we later nog verbeteringen doorvoeren. Ook een tepelreconstructie is mogelijkheden. Bespreek dit daarom altijd met uw plastisch chirurg.

Mogelijke problemen

Iedere operatie geeft kans op complicaties. Wij doen er alles aan om de kans op complicaties zo klein mogelijk te maken. Bij deze operatie kunt u de volgende problemen krijgen:

Algemene problemen

  • nabloeding
  • infectie
  • longontsteking
  • trombose

Problemen bij de borst of buik

  • afsterven van (een deel van) de DIEP-lap
  • ophoping van wondvocht bij buikwand
  • problemen met de genezing van de wond

Wanneer bellen

Neem contact op met de polikliniek Plastische Chirurgie als:

  • er veel vocht achter het litteken zit
  • u problemen heeft met de drains

Neem direct contact als:

  • de wond veel nabloedt
  • u tekenen van een infectie heeft (koorts, roodheid van de wond, meer pijn, zwelling, pus uit de wond)

Bij acute problemen buiten kantoortijden belt u met de Spoedeisende Hulp, T 088 753 15 60

Bronnen

Voor deze tekst is gebruik gemaakt van:

  • voorlichtingsmateriaal van de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie
  • voorlichtingsmateriaal van de Nederlandse Vereniging voor Aesthetische Plastische Chirurgie
  • patiënteninformatie van de Nederlandse Kankerbestrijding/KWF