Diabetes en dialyse

Diabetes en dialyse

Als dialysepatiënt met diabetes mellitus heeft u meer kans op hart- en vaatziekten en verschillende problemen. Met extra zorg proberen we problemen zo veel mogelijk te voorkomen of uit te stellen.

Voorbereiding

Gesprek

Bent u diabetespatiënt en start u met dialyseren? Dan heeft u eerst een gesprek met de verpleegkundige. Daarin kijken we naar uw medische voorgeschiedenis en spreken we over uw diabetes. Tijdens dit gesprek bepalen we uw uitgangssituatie. Zo zien we makkelijker wanneer er iets verandert.

Uitleg en antwoorden

Alle verpleegkundigen zijn bekend met de adviezen en regels die bij dialyse en diabetes horen. Ze kunnen u uitleg geven en uw vragen beantwoorden.

Insuline mee

Gebruikt u insuline? Neem dan altijd uw insulinepen en naaldjes mee.

Behandeling

Bloedsuiker meten

Tijdens de dialyse nemen we bloed af om uw bloedsuiker te meten. Dat gebeurt één keer per week of vaker als dat nodig is. Bent u afhankelijk van insuline? Eén keer per maand krijgt u een bloedsuiker-dagcurvelijst om in te vullen. Daarmee kunnen we een te hoog of te laag bloedsuikergehalte opsporen. Ook meten we in het ziekenhuis iedere drie maanden uw gemiddelde bloedsuikerwaarde (Hba1c-waarde) van die periode.

Diabetes en buikdialyse (PD)

Glucose in vloeistof

In de vloeistof die we gebruiken bij buikdialyse zit een bepaalde hoeveelheid opgeloste glucose (suiker). Die is nodig om te veel vocht uit de bloedbaan weg te halen. Nadeel is dat de glucose zich naar uw bloedbaan kan verplaatsen. Hierdoor kunt u hoge bloedsuikers krijgen.
Door vloeistof met meer glucose kunnen uw bloedsuikerwaarden stijgen. Overleg of u uw medicijnen (insuline of tabletten) aan moet passen.

Glucosemeter

Extraneal is een vloeistof met een andere glucosesamenstelling. Deze vloeistof mag en kan gemiddeld 10 tot 12 uur in de buikholte blijven. Extraneal kan bij een aantal glucosemeters andere waardes geven. De diabetesverpleegkundige weet welke meters geschikt zijn als u Extraneal gebruikt. Bespreek met uw PD-verpleegkundige of u uw glucosemeter kunt blijven gebruiken of beter een andere kunt bestellen.

Aanpassen medicijnen

Tijdens de training voor dialyse vragen we u om uw bloedsuiker regelmatig te controleren. U past de hoeveelheid insuline of tabletten daarop aan. Dit gebeurt in overleg met de diabetesverpleegkundige of uw nefroloog.

Diabetes en hemodialyse (HD)

  • Als u dialyseert, bent u de ene dag misschien actiever dan de andere. Dit kan invloed hebben op uw bloedsuiker. Het kan nodig zijn om uw medicijnen (insuline of tabletten) hierop aan te passen. Geef daarom bijzonderheden over uw bloedsuiker aan ons door. Als u thuis een te hoge of te lage bloedsuiker heeft gemeten, horen wij dat ook graag van u.
  • Als uw bloedsuikerwaarde hoog is, heeft u waarschijnlijk meer dorst. Het zal dan moeilijker vol te houden zijn om weinig te drinken.
  • Gebruikt u thuis bij de maaltijd tabletten? Dan moet u dat ook tijdens de dialysebehandeling bij een maaltijd doen. Neem altijd uw insulinepen en naaldjes mee als u insuline gebruikt.
  • Eet u niet of heeft u het advies gekregen tijdens de dialyse niet te eten? Dan kan de bloedsuiker zakken en zorgen voor een te laag bloedsuikergehalte. De verpleegkundige bespreekt samen met u wat u hieraan kunt doen.

Na de behandeling

Gezond dieet

Een gezond dieet is belangrijk. De diëtist helpt u hierbij. In principe komt de diëtist elke maand (na de maandroutine) langs om de uitslagen met u te bespreken en uw vragen te beantwoorden. Daarnaast gaat u langs bij de diëtist in het ziekenhuis. In ieder geval twee keer per jaar.

Afstemming met nefroloog

De nefroloog (nierarts) komt elke week langs tijdens de hemodialysebehandeling om te kijken hoe het met u gaat. Ook past hij of zij zo nodig uw medicijnen aan. Als u PD-patiënt bent, ziet u de nefroloog elke zes tot acht weken. Soms ook vaker.

Oogcontrole

Minimaal één keer per jaar maken we een afspraak bij de oogarts om uw ogen te laten controleren.

Jaarcontrole

Elk jaar plannen we een afspraak met de diabetesverpleegkundige voor een jaarcontrole.

Voetverzorging

Uw voeten hebben extra aandacht en verzorging nodig. Zowel diabetes als nierfalen hebben invloed op de bloedvaten en de zenuwen. De kans is groter dat u wondjes aan uw voeten krijgt. Deze klachten beginnen vaak langzaam, zonder dat u het merkt. Volg deze tien regels om uw voeten te verzorgen:

  1. Was uw voeten elke dag met handwarm water.
  2. Droog uw voeten heel goed af, vooral tussen de tenen.
  3. Knip uw nagels recht af om te voorkomen dat ze ingroeien.
  4. Houd de huid soepel met een zachte crème of olie.
  5. Trek elke dag schone, zachte sokken of kousen aan. Zorg dat ze niet te groot of te klein zijn.
  6. Houd uw voeten warm en droog. Draag bij voorkeur katoenen of wollen sokken en leren schoenen.
  7. Loop niet op blote voeten. Niet binnen en niet buiten.
  8. Draag altijd schoenen die passen. Zorg dat er genoeg ruimte is voor de tenen.
  9. Controleer de binnenkant van uw schoenen elke dag om bijvoorbeeld scheurtjes of steentjes op te sporen. Zeker als het gevoel in de voeten minder is, voelt u een steentje vaak niet.
  10. Bekijk uw voeten regelmatig. Hou in de gaten of u veranderingen ziet.

Waar terecht

  • Zoekt u hulp bij het knippen van de teennagels of het weghalen van eelt of likdoorns? Kies dan voor een pedicure met ‘diabetische voetaantekening’ (medisch pedicure). Via ProVoet.nl zoekt u een pedicure bij u in de buurt. Op deze website staat of de pedicure een ‘diabetische voetaantekening’ (medisch pedicure) heeft.
  • Voor de behandeling van drukplekken of een verkeerde stand van de voeten kunt u terecht bij een podotherapeut.
  • Meer advies nodig? Overleg dan met de dialyseverpleegkundige, diabetesverpleegkundige of uw nefroloog.
  • Bij sommige zorgverzekeringen kunt u een vergoeding van de (medisch) pedicure krijgen. Kijk in de polis van uw zorgverzekering of dat voor u geldt.

Verwijzing

Als bij inspectie van de voeten wondjes aanwezig zijn, schakelen we de nefroloog in. Die verwijst u door naar de podotherapeut of chirurg en bespreekt met u wat de verdere behandeling moet worden.

Contact