Artrose in de knie
Als de kraakbeenlaag dunner wordt of verdwijnt, bewegen de botuiteinden in een gewricht niet meer soepel langs en over elkaar. De wrijving tussen de botten neemt toe en dat doet pijn. Er kunnen ruwe uitsteeksels ontstaan op het bot. Er kan ook vocht in het gewricht ontstaan. Hierdoor wordt het gewricht dikker. Samen met de pijn zorgt dat ervoor dat bewegen moeilijker gaat. Beschadigd kraakbeen herstelt nauwelijks.
De knie
Het kniegewricht is een scharniergewricht en bestaat uit drie botdelen: het scheenbeen, het dijbeen en de knieschijf. De uiteinden zijn bedekt met een laagje kraakbeen, zodat de knie soepel beweegt en schokken en stoten worden opgevangen.
Oorzaak
Er zijn drie oorzaken van artrose:
- De kraakbeenlaag van het gewricht slijt door onbekende oorzaak. Hierdoor wordt de laag kraakbeen op het botuiteinde dunner. Uiteindelijk komt het bot (gedeeltelijk) bloot te liggen. Dit type artrose komt het meest voor bij mensen van middelbare leeftijd of ouder.
- Een ontsteking van het gewricht kan het kraakbeen aantasten, bijvoorbeeld bij reuma. Ook hierdoor wordt de kraakbeenlaag op het botuiteinde dunner, of de laag verdwijnt helemaal. Dit kan op iedere leeftijd voorkomen.
- Artrose kan ook ontstaan na een andere aandoening, zoals een botbreuk. Het kraakbeen kan rechtstreeks beschadigen, of extra snel slijten door een andere manier van bewegen. Artrose die optreedt na een botbreuk of ongeval noemen we posttraumatische artrose. Dit kan ook vele jaren na het ongeval nog optreden.
Klachten
Bij artrose in de knie kunt u last hebben van:
- Pijn, vooral bij het opstaan (de zogenoemde startpijn). De pijn wordt meestal langzaam erger, maar kan ook plotseling optreden. Weersveranderingen kunnen effect hebben op de pijn.
- Een dikke knie.
- De knie die ‘zwak’ aanvoelt, waardoor u door uw knie kunt zakken.
- Kraken van de knie.
Onderzoek
We stellen artrose bij u vast door:
Uw klachten
- Wanneer is de pijn begonnen?
- Is de pijn ’s nachts erger?
- Is er verergering of misschien juist vermindering van de pijn als u uw been buigt?
- Is de pijn constant, of komt en gaat deze?
- Heeft u wel eens een blessure gehad aan uw knie?
- Wat voor blessure?
- Wanneer was dit?
- Hoe is deze behandeld?
- Heeft u pijn in een of beide knieën?
- Waar zit de pijn?
- Gebruikt u medicijnen?
Lichamelijk onderzoek
Röntgenfoto of scan
Behandeling
Behandeling zonder operatie
Bij lichte artrose is het nog niet nodig om te opereren. Uw arts kan u dan het volgende adviseren:
Leefgewoonten aanpassen
- Een gezonde leefstijl. Het aanpassen van uw leefstijl is nodig als u te zwaar bent of niet voldoende beweegt.
- Wees actief, maar ontzie uw knie. Dus: zwemmen of fietsen in plaats van hardlopen en springen.
- Beperk activiteiten die uw klachten kunnen verergeren, zoals traplopen.
Fysiotherapie
Hulpmiddelen
Medicijnen
- Voor artrose van de knie kunt u verschillende pijnstillers gebruiken. De orthopedisch chirurg of de huisarts kan u vertellen welk middel voor u geschikt is.
- Uw arts kan u een injectie met een ontstekingsremmer (corticosteroïd) in uw knie geven. Meestal verminderen de zwelling en de pijn binnen 1 week. De injectie werkt meestal meerdere weken tot maanden. Als de klachten terugkomen, kan de arts u eventueel opnieuw een injectie geven.
Behandeling met operatie
Als de klachten van artrose niet verminderen, kan een operatie nodig zijn. Er zijn twee mogelijkheden:
Knieprothese
- Bij de operatie maakt de chirurg de knie open door een verticale snee van ongeveer twintig centimeter over de voorkant van de knie.
- De chirurg verwijdert de aangetaste gewrichtsvlakken en vervangt deze door metalen delen. Deze worden met cement vastgezet.
- Hiertussen bevindt zich een plastic schijf, die zorgt voor soepel scharnieren. De binnenkant van de knieschijf bedekt de chirurg soms met een kunststof dopje.
- Bij deze operatie verwijdert de chirurg meestal de kruisbanden, omdat de knie van zichzelf stabiel is en deze kruisbanden dus niet meer nodig zijn.
‘Zagen’ scheenbeen of dijbeen
Na de behandeling
Na een knieprothese
- Na plaatsing van de knieprothese (kunstknie) is de pijn meestal verdwenen en kunt u beter lopen.
- Na de operatie krijgt u gedurende een aantal weken fysiotherapie om een stijve knie te voorkomen.
- Met een kunstknie heeft u een kleine kans op infectie in de toekomst.
- U moet uw huisarts, tandarts of specialist altijd inlichten over het feit dat u een knieprothese heeft.
Contact
Onze wachttijden
Behandelingen | Wachttijd in dagen |
---|---|
Orthopedie | |
Knievervanging / totale knieprothese | 28 |
Afhankelijk van uw klachten of aandoening kan de wachttijd per patiënt verschillen. Meer over wachttijden.
Update: 08-11-2024