Midcarpale instabiliteit

Midcarpale instabiliteit van de pols

Midcarpale instabiliteit is een aandoening van de pols. De pols is een complex gewricht opgebouwd uit 8 polsbotjes, 26 ligamenten (polsbanden) en 23 pezen. De pezen stabiliseren de pols, een soort teugels ondersteunen ze het polsgewricht tijdens het gebruik van de hand. De pezen lopen rond de pols en gaan over in de spieren van de onderarm.

Midcarpale instabiliteit
Links de handwortelbeentjes, rechts de ligamenten

De pols is een zeer beweeglijk gewricht dat tegelijk grote krachten kan weerstaan. Bij beweging van de pols volgen de 8 polsbotjes onderling een vast patroon. Als sprake is van midcarpale instabiliteit is dit vaste patroon verstoord. Deze komt door slapte van de banden (ligamenten).

Diagnose

Midcarpale instabiliteit stellen we vast aan de hand van:

  • lichamelijk onderzoek;
  • röntgenfoto’s.

Een midcarpale instabiliteit gaat vaak gepaard met een zogenaamde klik van de pols. Dit ‘verschieten’ gebeurt als een zijwaartse beweging richting de pinkzijde van de hand gemaakt wordt. Het uit zich in een doffe klik of pijn. Deze klik is niet altijd aanwezig. Ook kunt u het gevoel hebben dat uw pols blokkeert.

Behandeling

De mogelijkheden om een midcarpale instabiliteit te behandelen zijn beperkt. De behandeling is bij voorkeur niet-chirurgisch: we kiezen liever voor een fysiotherapeutische behandeling dan voor een operatie.

Het doel van fysiotherapie is:

  • pijn verminderen;
  • verbeteren van de belastbaarheid en inzetbaarheid van de arm en pols.

De behandeling kan bestaan uit:

  • adviezen en instructie;
  • oefentherapie;
  • spalk- of bracetherapie.

Adviezen en instructie

De fysiotherapeut helpt u bewust te worden van:

  • de houding van de pols;
  • compenserende bewegingen;
  • pijnprovocerende werkzaamheden.

Midcarpale instabiliteit

Vooral bij zwaar werk kunt u uw pols het beste in een ‘rechte positie’ houden. Dit houdt in dat het middenhandsbeentje van de middelvinger in het verlengde van de onderarm staat (zie figuur 1 en 2). Ook raden wij u aan zo min mogelijk op de vlakke hand te steunen.

Oefentherapie

Als u klachten heeft van midcarpale instabiliteit kunnen de te slappe polsbandjes niet getraind worden! De stevigheid van de aangedane pols is alleen te verbeteren door de spieren in de onderarm (het spierkorset) te versterken en door de aansturing van de aangedane pols en hand te verbeteren. Ondanks dat het pijn doet, start u met oefentherapie. U doet de oefeningen zoveel mogelijk binnen de pijngrens. TIn het verloop van het behandelingtraject voert de fysiotherapeut de belasting op en bouwt u de oefeningen steeds verder uit.

Spalk- of bracetherapie

Het kan zinvol zijn de aangedane pols bij belastende werkzaamheden te ondersteunen met een spalk of brace. Als u een spalk of brace gaat dragen, hoort daar altijd duidelijk advies bij over het soort werk dat u doet en de tijd dat u de spalk of brace draagt. Een spalk of brace te veel gebruiken is ook niet goed, daardoor kan het spierkorset zwakker worden.

Waar moeten we op letten bij een spalk of brace?

  • Gewenste lokalisatie en mate van immobilisatie;
  • Goede pasvorm (juiste maat, comfort);
  • Gemakkelijk in het gebruik (vlot en zelfstandig aan en uit te trekken);
  • Geschikt voor het werk dat u doet (nat/droog, zwaar, vies);
  • Vergoeding door de verzekering.

Een brace kan worden gemaakt door de ergotherapeut, gipsverbandmeester of orthopedische instrumentmaker.