MRI-onderzoek dunne darm

Enterografie

MRI-onderzoek dunne darm

U krijgt binnenkort een MRI-onderzoek van uw dunne darm. Bij een MRI-scan maken we gebruik van een heel sterk magnetisch veld en radiogolven. Hierdoor komen in het lichaam signalen vrij. Die worden opgevangen en omgezet in beeld. Zo maken we doorsnede-beelden van uw dunne darm. Daardoor kunnen we die heel precies bekijken. En er hopelijk achter komen wat voor uw klachten zorgt.

 

MRI scanner

Voorbereiding

Eten en drinken

  • Blijf vanaf 24:00 uur op de avond voor het onderzoek nuchter. Dit betekent dat u vanaf dan tot aan het onderzoek niet mag eten, drinken en roken.
  • Bent u diabetespatiënt en gebruikt u insuline? Neem dan via de arts die dit onderzoek voor u heeft aangevraagd contact op met de diabetesverpleegkundige van Tergooi MC.

Voorbereiding in het ziekenhuis

De voorbereiding voor het onderzoek begint één uur voor uw afspraaktijd. U meldt zich dus een uur voor uw afspraaktijd aan op de afdeling Radiologie. U krijgt in dit uur 1,5 liter vloeistof om op te drinken. In deze vloeistof zit de stof mannitol. Die zorgt dat uw dunne darm straks te zien is op de MRI. U mag dit uur gewoon naar de wc gaan. Door de mannitol kunt u last krijgen van buikkrampen en diarree. Dit kan een dag duren.

Voordat de laborant u binnenroept, vragen we u om nog een keer naar de wc te gaan. Het is voor het onderzoek belangrijk dat uw blaas leeg is. In de MRI-ruimte is geen wc.

Wanneer contact opnemen

In sommige gevallen mag u géén MRI-onderzoek krijgen. Of is het goed eerst met uw arts te overleggen.

Pacemaker/ICD

Door het hele sterke magneetveld, mag u met een pacemaker/ICD de MRI-ruimte niet in. Dat zou uw pacemaker/ICD verstoren.

Met sommige pacemakers/ICD’s kunt u wel een MRI krijgen. Overleg dit met uw cardioloog. U moet dan voor het onderzoek eerst langs de pacemakertechnicus. Het MRI-onderzoek is daarom dan meestal in Blaricum.

Metaal

Heeft u metaalsplinters, scherven, (vaat)clips, schroeven of metalen protheses in uw lichaam? Meld dit ruime tijd voor u het onderzoek heeft. We kunnen dan bepalen of het onderzoek door kan gaan.

Pomp

Heeft u een medicijnpomp, hydrocephaluspomp of andere pomp? Laat dat ons ruime tijd voor het onderzoek weten. We kunnen dan uitzoeken of het onderzoek door kan gaan.

Neurostimulator

Door het hele sterke magneetveld, mag u met een neurostimulator de MRI-ruimte niet in. Dat zou uw neurostimulator kunnen verstoren.

Implantaten in oor

Door het hele sterke magneetveld, kunnen sommige geïmplanteerde gehoorbeentjes gaan bewegen. Neem daarom ruim voor het onderzoek contact op met de arts die de gehoorbeentjes heeft geplaatst. Hij of zij kan u vertellen of ze het MRI-apparaat in mogen.

Zwangerschap

Laat het weten als u (misschien) zwanger bent. Probeert u zwanger te worden? Dan weet u alleen de eerste tien dagen na de ongesteldheid zeker dat u het niet bent.

Angst voor kleine ruimtes

Heeft u claustrofobie? Dus bent u bang om de kleine ruimte van de MRI-scan in te gaan? Neem dan contact op met de arts die dit onderzoek heeft aangevraagd.

Allergie voor contrastmiddel

Voor dit onderzoek krijgt u een injectie met contrastmiddel. Bent u allergisch voor MRI-contrastmiddel? Dat kan invloed hebben op de voorbereiding van uw onderzoek. Laat dit daarom weten aan de arts die u behandelt. En op de dag van het onderzoek aan de laborant die het onderzoek bij u doet.

Vragenlijst invullen

U moet altijd een vragenlijst invullen voor een MRI-onderzoek. Zo kunnen we zien of het voor u veilig is de onderzoeksruimte in te gaan. Neem de ingevulde vragenlijst mee als u naar het ziekenhuis komt. Of neem eerder contact op als u bij één van de standaardvragen ‘ja’ heeft geantwoord. Bespreek dit op tijd met de afdeling Radiologie.

Kunt u thuis de vragenlijst niet uitprinten? Dan kunt u de vragenlijst in het ziekenhuis invullen.

Vragenlijst MRI-onderzoek

English version of the MRI screening

Een heel enkele keer mag iemand mee de onderzoeksruimte in. En alleen als dat is besproken met de MRI-laborant. Als ouder van een jong kind mag u altijd mee. De persoon die meegaat, moet ook de vragenlijst invullen.

Rustgevend medicijn

Bent u bang voor het onderzoek? Dan kunt u de arts die dit onderzoek voor u heeft aangevraagd om een rustgevend medicijn vragen. U kunt voor het onderzoek ook al een keer komen kijken naar de MRI.

Dag van het onderzoek

  • U mag tijdens het onderzoek geen kleren dragen waar metaal aan zit. Denk aan ritsen, knopen en pailletten. Het beste kunt u katoenen kleding aantrekken die makkelijk zit. Zoals een broek of rok met elastiek en een T-shirt.
  • U mag geen (edel)metaal meenemen. Denk aan sieraden, piercings, horloges, (haar)spelden, gehoorapparaten, munten en sleutels. Zorg dat u alles uit en af doet en er niks meer in uw zakken zit.
  • Heeft u een medicijn- of nicotinepleister? Haal die voor het onderzoek weg.
  • Laat waardevolle spullen zoveel mogelijk thuis.
  • U mag geen pasjes mee naar binnen nemen, zoals een bankpas, creditcard en klantenkaart. Het magneetveld kan deze passen verstoren. De pasjes kunt u bij uw andere spullen achterlaten in het kleedhokje. Maar beter nog: laat ze thuis.
  • Doe geen make-up op voor het onderzoek. In make-up kunnen metaaldeeltjes zitten. Uw ogen kunnen daardoor bij het onderzoek geïrriteerd raken. Of u kunt zelfs brandblaren krijgen.
  • Gebruikt u medicijnen? Die mag u gewoon innemen.

Onderzoek

Het onderzoek duurt 15 tot 60 minuten. Meestal is het na 30 minuten klaar. Hoe lang het precies duurt, ligt aan wat we bij u gaan onderzoeken. Van het onderzoek voelt u niets.

Infuus

Voor het onderzoek krijgt u een infuus. Via dit infuus spuiten we tijdens het onderzoek contrastvloeistof in. Ook krijgt u via het infuus een medicijn dat uw darmen even stillegt: Buscopan. Daardoor kunt u even minder goed gaan zien.

Scan

  • Als u zich heeft omgekleed, helpt de laborant u om in de juiste houding op de onderzoekstafel te komen liggen.
  • De MRI-scanner is een soort tunnel die aan de voor- en achterkant open is. Als we de beelden gaan maken, schuift de tafel in de scanner.
  • De scanner maakt een kloppend en brommend geluid. U krijgt daarom een koptelefoon op.
  • De laborant gaat op een gegeven moment weg uit de onderzoeksruimte. Vanachter een raam blijft de laborant u zien. Via de intercom kan hij of zij met u praten. Voordat de laborant weggaat, krijgt u een noodbel. Daar kunt u op drukken als het echt niet meer gaat.
  • Het MRI-onderzoek bestaat uit verschillende opnames. Dit noemen we series. Elke serie geeft een ander geluid.
  • De onderzoektafel beweegt tijdens het onderzoek.
  • Om het onderzoek goed te doen, is het belangrijk dat u stil blijft liggen.
  • Voor het onderzoek krijgt u vaak een MRI-contrastmiddel. Door dit middel kunnen we uw dunne darm beter zien op de beelden. U krijgt dit middel via het infuus.

Na het onderzoek

  • Na het onderzoek kunt u niet zelf naar huis rijden. Dat mag niet met het middel Buscopan. Door dit medicijn kunt u minder goed zien. Ook als u een rustgevend medicijn heeft gegeven, mag u niet zelf rijden.
  • Door de mannitol kunt u last krijgen van buikkrampen en diarree. Dit kan een dag duren.
  • U kunt wat stijf zijn van het liggen.
  • De plek waar het infuus heeft gezeten, drukken we af. We controleren of de plek niet nabloedt.

De uitslag

De radioloog beoordeelt de beelden van de scan. Hij of zij stuurt de uitslag naar de arts die het onderzoek voor u heeft aangevraagd. Die arts bespreekt de uitslag met u.

Contact