Operatie PIP-gewricht

bij artrose

Operatie PIP-gewricht

Heeft u last van artrose in het gewricht tussen het eerste en het middenkootje in uw hand? En helpt een behandeling zonder operatie niet genoeg? Dan kunnen we besluiten u te opereren.

Voorbereiding

Het gewricht tussen het eerste en het middenkootje heet het PIP-gewricht. We kunnen dit gewricht op twee manieren opereren:

  • door het vast te zetten
  • door het te vervangen door een kunstgewricht (prothese)

Samen kijken we welke behandeling voor u het meest geschikt is.

Behandeling

De operatie is altijd in dagbehandeling. U kunt dezelfde dag dus weer naar huis.

Zenuwblokkade

We verdoven uw vinger met een zenuwblokkade bij het sleutelbeen of in de oksel. Hierdoor kunt u uw arm tijdens de operatie en een aantal uren daarna niet bewegen en voelt u minder tot geen pijn. Deze blokkade is meestal binnen 12 tot 24 uur uitgewerkt.

De operatie

Vastzetten PIP-gewricht (artrodese)

Bij deze chirurgische ingreep zetten we het PIP-gewricht blijvend vast. Het gewricht kan daardoor niet meer bewegen. Dat zorgt voor minder pijn en meer stabiliteit in het gewricht. U kunt uw vinger na de ingreep weer helemaal belasten.

Vervangen PIP-gewricht door kunstgewricht

Bij deze ingreep vervangen we het PIP-gewricht door een kunstgewricht (prothese). Die komt op de plek van het gewrichtje tussen de twee kootjes.

Na de behandeling

Na vastzetten van het gewricht

  • De eerste dagen krijgt u drukverband en gips. Daarna krijgt u een spalk. Die draagt u ongeveer zes weken.
  • Na de spalk krijgt u nog twaalf weken intensieve handtherapie.
  • U krijgt oefeningen om de andere gewrichtjes van de hand soepel te houden.
  • Het duurt vaak zes maanden voor u uw hand weer goed kunt gebruiken.

Na plaatsen van een prothese

  • Bij een prothese behoudt u enige functie.
  • Een prothese heeft een bepaalde levensduur. Het kan zijn dat de prothese na verloop van tijd vervangen moet worden.