Skiduim
Oorzaken
Een skiduim kan ontstaan door een skiongeluk. Of bij het sporten, als een bal met hoge snelheid tegen de uitgestrekte duim komt.
Een skiduim kan ook chronisch zijn. Dit gebeurt als de gewrichtsband vaker uitrekt. We zien dat bijvoorbeeld als iemand werk doet waarbij de duim steeds op dezelfde manier belast wordt. Uiteindelijk verslapt de band. Het gewricht kan daardoor instabiel worden. Na langere tijd kan het gewricht hierdoor slijten. U kunt dan last krijgen van pijn of minder kracht hebben als u knijpt.
Onderzoek
We doen altijd eerst lichamelijk onderzoek. Na een ongeluk maken we ook altijd een röntgenfoto. Bij een skiduim kunt u namelijk ook een kleine botbreuk hebben.
Behandeling
Behandeling zonder operatie
Is de gewrichtsband verrekt of maar voor een deel ingescheurd? Dan hoeft u niet geopereerd te worden. U krijgt een (gips)spalk. We buigen het onderste duimgewricht daarbij iets naar binnen, zodat er geen spanning op de gewrichtsband staat. Het bovenste duimgewricht ligt vrij. De spalk draagt u drie tot vier weken. Als het letsel heel klein is, kunnen we het gewricht ook intapen.
Behandeling met operatie
Is de gewrichtsband helemaal gescheurd of zijn er losse stukjes bot? Dan opereren we u. We zetten de gescheurde band daarbij weer vast aan het bot. Losse stukjes bot halen we weg of zetten we vast met een stalen pinnetje of ankertje. Ook bij een chronische skiduim zonder slijtage van het gewricht kunnen we opereren. We versterken de gewrichtsband dan met een peestransplantaat.
De eerste weken na de operatie beschermen we de hechting met gips. Uw handchirurg bespreekt na de operatie hoe lang u het gips moet dragen. Autorijden mag pas weer als u genoeg kracht kunt zetten. Dit is meestal zo’n twee weken nadat u uit het gips bent.