Verzorging stoma met tweedelig materiaal
Voor uw stoma gaat u tweedelig materiaal gebruiken. Hierbij wordt een los zakje gekoppeld aan een basisplaat. Die kleeft op de huid en kan meerdere dagen blijven zitten. Het is belangrijk uw stoma op de juiste manier te verzorgen. Daar leest u hieronder alles over.
Stap voor stap uitleg met video’s
In de video’s hieronder leggen we u stap voor stap uit hoe u een stoma met tweedelig materiaal kunt verzorgen.
Voorbereiding
Leg het volgende materiaal klaar:
- huidplaat
- stomazakje
- afvalzakje
- gaasjes
- mal, schaar en pen
- twee knijpers of een brillenkoordje om kleding omhoog te houden
Bekijk de video:
Knippen tweedelig stomamateriaal
- Teken met de mal de juiste opening af op de huidplaat.
- Knip de opening uit. Wrijf met de vinger langs de knipopening om eventuele hobbeltjes weg te halen.
Bekijk de video:
Stomazakje bij tweedelig systeem weghalen
- Maak de kleding vast met de wasknijpers of het brillenkoordje.
- Pak het lipje aan de bovenkant van het zakje. Met uw andere hand geeft u tegendruk.
- Trek het zakje in kleine stapjes naar beneden.
- Stop halverwege. Veeg met een gaasje de eerste poep in het zakje.
- U kunt nu de kleefrand dubbelvouwen en het zakje verder weghalen.
- Doe het opvangmateriaal in het afvalzakje.
- Maak de stoma en de huid schoon met een nat gaasje.
- Dep de huid goed droog. Niet föhnen.
- Controleer de huid en de stoma. Is de huid rood? Dan kunt u barrièrecrème gebruiken. Neem een klein beetje crème en masseer dit in de huid totdat die stroef aanvoelt.
Bekijk de video:
Tweedelig stomamateriaal aanbrengen
- Wrijf de huidplaat tussen uw handen warm. Maak deze vast op de buik nadat u het papier helemaal heeft weggehaald.
- Druk de huidplaat rondom de stoma goed aan en bevestig het opvangzakje.
- Controleer of het zakje goed vast zit door er aan te trekken. Ondersteun hierbij de huidplaat.
- Doe de vuile gaasjes in het afvalzakje.
- Knoop het afvalzakje dicht en stop het in de vuilnisemmer.
- Was uw handen.
Bekijk de video:
Tweedelig stomamateriaal helemaal weghalen
Soms is het nodig om het stomamateriaal helemaal weg te halen.
Bekijk de video:
Stomaverzorging met een brug
Bekijk de video Stomaverzorging met een brug:
Algemene adviezen
Wel en niet doen bij verzorging
U hoeft de stoma niet steriel te verzorgen. Verzorg de stoma en de huid daaromheen met water en droog de huid. Gebruik daarvoor nooit een föhn, dan droogt de huid te veel uit. Ook kunt u dan een verbranding oplopen zonder dat u het merkt. De stoma is namelijk niet gevoelig voor pijn. Als u zeep gebruikt, neem dan babyzeep of pH-neutrale zeep.
Douchen en in bad
- U kunt douchen met of zonder opvangzakje. Weet wel dat er altijd poep uit de stoma kan komen.
- Gebruikt u een koolstoffilter? Dan moet u die tijdens het douchen met een sticker afplakken. Of verwissel het zakje na het douchen.
- Draag in bad altijd het zakje. De huid kan anders verweken en we willen niet dat het water druk uitoefent op de open stoma.
- Door badzeep of olie kan de plaklaag van het materiaal niet goed meer werken. De huid wordt te vet.
Scheren
Scheer de haren rondom de stoma regelmatig weg met een (wegwerp)scheermesje. Bescherm de stoma dan met een stukje wc-papier of een gaasje. Scheer de haren weg in de richting van de haargroei. Gebruik geen ontharingscrème of talkpoeder.
Bloed bij stoma
Als u de stoma verzorgt, ziet u misschien wat bloed. Het slijmvlies van de stoma kan makkelijk bloeden, net als tandvlees. Dit is niet erg.
Plakresten
Gebruik geen petroleumether of andere removers om plakresten weg te halen of doe dat hooguit heel af en toe. Deze producten ontvetten de huid sterk. Heeft u deze middelen gebruikt? Spoel de huid dan goed af met water.
Vaker vervangen
De plaat of het stomazakje kan eerder loslaten als u veel zweet, bijvoorbeeld bij warm weer. Maar ook door spanning of door sommige medicijnen, zoals prednison. Verwissel het opvangmateriaal dan vaker. Een katoenen hoesje over het zakje voorkomt dat de huid gaat irriteren.
Materiaal mee en op tijd bestellen
- Zorg dat u altijd opvangmateriaal bij u heeft als u van huis gaat. Ook als u maar voor een uurtje weggaat.
- Bestel nieuw opvangmateriaal op tijd. Doe dit in ieder geval twee weken van tevoren. Leer de merknaam uit uw hoofd en schrijf die op in de behandelwijzer.
Eten en drinken
Regelmatig eten en drinken is belangrijk. Kijk voor meer informatie bij de adviezen voor voeding.
Op vakantie
Gaat u op reis? Het is dan goed om te weten waar u aan moet denken en wat u mee moet nemen. Kijk voor meer informatie bij Stoma en op reis.
Gewicht
Zorg dat u niet te zwaar wordt. Dit kan problemen geven met de stoma en de verzorging ervan.
Sterke geur
Als de stoma sterk ruikt, kunt u eventueel een lucifer afsteken als goedkoop luchtverfrissingsmiddel. Door de zwavel gaat de geur weg.
Controle van uw stoma
We raden u aan om uw stoma een keer per jaar te laten controleren door een stomaverpleegkundige. Deze verpleegkundige herkent de problemen die met een stoma te maken hebben. De stomaverpleegkundige bespreekt die met u, geeft tips om ze te voorkomen en kan ze behandelen.
Wat te doen bij
Wat doet u bij te harde ontlasting, diarree, verstopping, gasvorming, geur en kleurverandering? We leggen het hieronder uit.
Te harde ontlasting
- Meer drinken: twee tot drie liter.
- Eet voeding met veel vezels.
Diarree door verkeerd eten of problemen met voeding
U heeft met een stoma net zoveel kans op diarree als iemand zonder stoma. Een stoma vergroot de kans op diarree dus niet. Heeft u diarree?
- Drink minimaal tweeënhalve liter vocht in de vorm van bouillon, thee of tomatensap. Eet daarbij bijvoorbeeld een cracker of biscuitje. Anders blijft de poep dun.
- Controleer uw plas. Uw plas moet helder van kleur zijn. Vermoedt u dat u veel minder plast dan anders? Waarschuw dan uw huisarts.
Verstopping
Heeft u twee dagen geen poep meer gehad? Drink dan extra vocht om te kijken of het op gang komt. Voelt u zich ook opgeblazen en wat misselijk? Neem dan contact op met uw huisarts. Dit hangt ook af van hoe vaak u normaal poept.
Gasvorming
- De stoma heeft geen kringspier. Daardoor heeft u geen controle op het laten van windjes. Gasvorming kan bijvoorbeeld ontstaan als u lucht inslikt. Bijvoorbeeld omdat u nerveus bent, kauwgum kauwt, prik drinkt of rookt.
- U kunt ook last krijgen van gasvorming door bepaald eten: uien, prei, kauwgum, peulvruchten, koolsoorten (lang gekookt), knoflook, scherpe kruiden, meloen, nieuwe aardappelen, champignons, sojaproducten.
Adviezen bij gasvorming
- Eet en drink langzaam.
- Bedenk: praten tijdens het eten kan zorgen voor gasvorming.
- Voeg dille, koriander, kummel, mierikswortel of salie toe aan het eten. Dat vermindert de vorming van gas als u sommige producten eet.
- Leg uw hand op uw stoma om het geluid te dempen.
- Is het filter verzadigd? Dan kunnen geuren vrijkomen. Doe dan een ander zakje op. Hoe het filter werkt, verschilt per zakje. Een filter dat nat is geworden, werkt niet meer.
Geur
Als u zichzelf ruikt, betekent dit vaak dat er iets niet goed zit. Controleer dan een aantal dingen.
- Zit alles goed vast? Laat de plak of het zakje los?
- Is er lekkage?
- Zit er poep onder de plak? Dit kan soms gebeuren als het zakje vacuüm trekt. U kunt dat voorkomen door het filter helemaal of voor een deel af te plakken.
- Is het filter uitgewerkt?
- Voedingsmiddelen die sterk kunnen ruiken zijn: koolsoorten, prei, ui, spruiten, asperges, champignons, vis, ei, oude kaas, sterk gekruid voedsel, chocola en vitamine B-tabletten.
- Het drinken van yoghurt of karnemelk heft de geur op.
Kleurverandering
De kleur van de poep kan veranderen door het eten van:
- rode bietjes (poep wordt rood)
- spinazie
- bosbessensap
- ijzerpreparaten (poep wordt zwart)
Wanneer contact opnemen
- Als de stoma plotseling verandert van grootte, lengte of kleur.
- Bij problemen met de stoma, bijvoorbeeld een vernauwing, breuk of uitstulping.
- Bij huidproblemen. Wacht daar niet te lang mee.
- Als er iets verandert in hoe vaak en hoe de poep uit de stoma komt.
- Pijn of krampen voordat de poep uit de stoma komt.
- Als u vaak last van lekken heeft. Kijk waar de lekkage zit.
- Bloed bij de ontlasting of een andere kleur poep. Dit hoeft niet als de kleur anders is door iets wat u gegeten heeft. Zie het kopje ‘kleurverandering’ hierboven.
- Als de buik dikker wordt en de buikomvang toeneemt.
- Als u psychische problemen heeft.
- Als u problemen heeft met de seksualiteit.